Mysterieuze vondst Jeruzalem

Archeologen hebben in de Stad van David, een gebied ten zuiden van de Tempelberg in Jeruzalem, een opmerkelijk heiligdom uit de 8e eeuw v.Chr. blootgelegd. Het 220 m² grote bouwwerk is direct uit de rots gehouwen en bestaat uit acht kamers met diverse functies. Onder de vondsten bevinden zich een wijnpers, een olijfpers, een altaar en een rituele steen, bekend als een masseba. In een van de kamers zijn mysterieuze V-vormige markeringen in de vloer ontdekt, waarvan wordt gedacht dat ze dienden als basis voor een driepoot die bij rituelen werd gebruikt.

Deze ontdekking biedt nieuwe inzichten in de religieuze praktijken van het oude Juda. Volgens de Bijbel centraliseerde koning Hizkia in de 8e eeuw v.Chr. de aanbidding in de hoofdtempel van Jeruzalem, wat leidde tot de sluiting van kleinere heiligdommen, mogelijk inclusief dit recent ontdekte bouwwerk. De archeologen vermoeden dat het heiligdom tijdens Hizkia’s bewind met zand en aarde werd gevuld en vervolgens werd verlaten.

De vondst van de wijn- en olijfpersen suggereert dat zowel wijn als olijfolie een rol speelden in de rituelen die hier plaatsvonden. De exacte functie van de V-vormige markeringen blijft onderwerp van onderzoek, maar ze zouden kunnen wijzen op specifieke rituele handelingen die tot nu toe onbekend waren.

Deze ontdekking onderstreept het rijke en complexe verleden van Jeruzalem en biedt een dieper inzicht in de religieuze gebruiken van de oudtestamentische periode. Verdere studie van het heiligdom en de bijbehorende artefacten zal hopelijk meer licht werpen op de rituele praktijken en de religieuze evolutie in deze cruciale periode van de geschiedenis.